IV.
Die geleden heeft onder Pontio Pilato, is gekruyst, gestorven,
ende begraven, nedergevaren ter Hellen.
Die, om ons voor te gaen in t strijden tegen t lijden,
(30) Heeft van de Wiegh in t Graf in t lijden willen strijden;
Die, om ons van den band der Duyvelen tontslaen,
Gelijck voor dieven-schuld in banden wilde gaen.
Die, om alleen te zijn den grond van ons herleven
Van t trouwste sijns gevolghs in t banghste wierd begeven;
(35) Die, om de eerste Sond in deersten Hof begaen,
Wierd laetst met eenen kus in eenen Hof veraen.
Die, om ons voor t Gerecht Sijns Vaders te verschoonen,
Voor Menschen Rechterstoel sich Mensche gingh verthoonen:
Die, als een Lam ter banck stil-swijgens is gegaen,
(40) Doe self de Rechter sprack: Wat heeft de Man misdaen?
Die, om ons voor te doen het kruyssen onser Leden
Des Kruys vervloeckte straf gewilligh heeft geleden;
Die, voor het soete sap van een verboden Vrucht
Een aengeboden Gal verdrietigh heeft besucht.
(45) Die, ons om douden mensch steeds af te leeren sterven,
Voor sijne diere Dood het leven heeft doen erven;
Die, om te suyveren ons aller roode Sond,
Uyt Sijn geboorde heup bei Bloed en Water sond.
Die, om de Sabbath-rust Sijns Vader naer te komen,
(50) Dry dagen in Sijn Graf tot rusten heeft genomen;
Die, om ons rekeningh in als te zien betaelt,
In t uysterste gevaer der Hellen is gedaelt.
V.
Ten derden dage weder opgestaen van den dooden.
Die, om ons voor de Dood te leeren niet te vreesen,
Is uyt der aerden schoot ten derden dagh verresen.
(55) Die, dalgemeenen schrick van alles datter leeft,
Dood, Duyvel, Hel, veracht, verplett, verwonnen heeft.
Huygens - Korenbloemen
Voorkeurenpagina Opleiding Nederlands