JOOST VAN DEN VONDEL
Keulen, 17 november 1587 Amsterdam, 5 februari 1679
Pascha
(1612)
Hierusalem verwoest
(1620)
Palamedes
(1625)
De Amsteldamsche Hecuba
(1626)
Bruyloftbed voor Pieter Cornelisz. Hoofd en Helionora Hellemans
(1627)
Verovering van Grol
(1627)
Zegesang voor Frederik Hendrik
(1629)
Rynstroom
(1629)
Roskam
(1630)
Haec libertatis ergo, papieren geld
(ca. 1630)
Iaergetijde van Oldenbarneveld
(ca. 1631)
Decretum horribile. Gruwel der verwoestinge
(ca. 1632)
Inwying ter Doorluchtige Schoole
(1632)
Vertroostinge aen Geeraerdt Vossius, over zijn zoon Dionys
(1633)
Op het overlyden van Isabella Klara Eugenia
(1633)
Vredewench
(1634)
Lyckklacht aen het Vrouwenkoor, over het verlies van mijn ega
(1635)
Gysbreght van Aemstel
(1637)
Elektra
(1639)
Zege-zang voor Gillis van Vinckenroy
(1639?)
Maeghden
(1639)
De koningklycke harp
(1639)
Joseph in Dothan
(1640)
Vertaling van een passage (vs. 1366-1439) uit de laatste scène van Buchanans
Jepththes sive votum.
(ca. 1640)
Heldinnenbrieven
(1641)
Maeghdenbrieven
(1642)
Gebroeders
(1640)
Peter en Pauwels
(1641)
met
De Kruisbergh
(1640) en
De tranen Petri ende Pauli
(1646) getoonzet door Cornelis Padbrué
Rozemont
(1643)
Altaergeheimenissen
(1645)
en Westerbaens reactie daarop:
Kracht des Geloofs
(1647)
Maria Stuart
(1646)
Vertalingen van Vergilius:
Publius Vergilius Maroos wercken
(Latijnse tekst, prozavertaling 1646 en poëzievertaling 1660);
Bucolicum
(
Ecloga
) I
(1646, 1647, 1660)
Aeneïs
boek 2
(1655)
Leeuwendalers
. Lantspel (1647)
De getemde Mars Vredezang
(1648)
De Aenleidinge ter Nederduitsche Dichtkunste
(1650)
Gedichten op het overlijden van Barlaeus en Vossius
(1648)
Lucifer
(1654)
Op Gerardus Hulft, geschildert door G. Flinck
(1656)
Het stockske van Oldenbarnevelt
(1657)
Koning Edipus
(1660)
Koning David herstelt
(1660)
Samson
(1660)
Wiltzangk
(ca. 1660)
Adonias
(1661)
Tooneelschilt
(1661)
Faëton
(1663)
Noah
(1667)
Zungchin
(1667)
(also in English)
Euripides Feniciaensche
(1668)
Herkules in Trachin
(1668)
Metamorfosen van Ovidius
(facsimile 1671)
Palamedes en Hekeldichten
(herdr. 1736)
Varia:
Uitvaert van den heere Joost vanden Vondel, Agrippyner, vader der Nederduitsche dichtkunst door Joannes Antonides van der Goes .
Liik-gedachtenis van den grooten Agrippiiner, de heer Joost van Vondel (1679) door Joachim Oudaan
Het leven van Vondel door Geerardt Brandt, naar de eerste druk (1682)
Het leven van Joos van den Vondel door Joannes Quicke (1789)
Latijnse vertalingen van gedichten van Vondel (1638, 1774, 1776)
Voorkeurenpagina Opleiding Nederlands